Binnen het gemeentelijk belastingreglement op de gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing werd een differentiatie ingevoerd als alternatief voor de bedrijfsbelasting.
Deze aanpassing zorgde ervoor dat ook verenigingen hogere opcentiemen op de onroerende voorheffing op hun onroerende goederen moeten betalen.
Verenigingen met een sociaal, cultureel of sportief doel behoren niet tot de beoogde doelgroep van het reglement gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing. Daarom kunnen zij via het subsidiereglement voor eigen infrastructuur een compensatie verkrijgen.
Welke verenigingen komen in aanmerking?
Erkende sport-, cultuur-, milieu- en jeugdverenigingen die eigenaar of vruchtgebruiker zijn van een onroerend goed waarvan het kadastraal inkomen geheel of gedeeltelijk onder volgende categorieën vallen: de gebouwde en ongebouwde belastbare kadastrale inkomens, nijverheid en materieel en outillage, meer bepaald de codes 3 (F,K,L,P), 4(F,K,L,P), 5(F,K,L,P) en 6 (F,K,L,P).
Deze categorieën staan op het aanslagbiljet van de onroerende voorheffing.
Procedure
Dien de aanvraag uiterlijk in op 1 december van het jaar waarin de aanslag werd ontvangen.
Het reglement werkt tevens met terugwerkende kracht voor de aanslagjaren 2022, 2023 en 2024, waarvoor 1 december 2024 ook de deadline is.