Welkom op de website van Logopedie bij Maja

Graag ontvang ik u in mijn praktijk te Steenhuffel voor volgende problematieken:

Sluiten >>

Leerstoornissen

Leerstoornissen zijn problemen die ontstaan tijdens de prille kinderjaren in het leren lezen, schrijven en/of rekenen.
De meest voorkomende leerstoornissen zijn:

  • dyslexie
    Dit zijn hardnekkige moeilijkheden bij het aanleren en accuraat toepassen van het lezen en schrijven.
  • dyscalculie
    Dit zijn hardnekkige moeilijkheden bij het aanleren en vlot oproepen en toepassen van de rekenvaardigheden.

Een diagnose kan pas gesteld worden wanneer er aan de volgende 3 voorwaarden wordt voldaan, namelijk:

  • Het probleem blijft hardnekkig bestaan, ondanks intensieve remediëring.
  • Er is een ernstige achterstand in vergelijking met wat men normaal van het kind mag verwachten op die leeftijd.
  • Andere problemen mogen de vastgestelde achterstand niet verklaren.

Sluiten >>

Articulatieproblemen

Articulatieproblemen komen zowel voor bij kinderen als volwassenen wanneer zij niet of niet meer in staat zijn om bepaalde klanken juist uit te spreken of te gebruiken.

Kinderen moeten de klanken stap voor stap leren, dus is het normaal dat een kind op een bepaalde leeftijd de klanken nog niet correct kan uitspreken. Indien het kind achterloopt in zijn spraakontwikkeling in vergelijking met leeftijdsgenoten, is er sprake van een articulatieprobleem.

Wanneer u of mensen uit uw omgeving of de omgeving van uw kind aangeven dat de verstaanbaarheid niet voldoende is, is dit een reden om logopedie op te starten.

Sluiten >>

Preverbale logopedie

Preverbale logopedie is een specialisatie die zich bezig houdt met de behandeling van eet- en drinkproblemen en/of slikstoornissen bij jonge kinderen.

Wanneer een kind problemen heeft met het drinken uit de borst of de fles, het eten van de lepel, het drinken uit een beker of het leren kauwen kan preverbale logopedie overwogen worden. Het kan zijn dat de motorische ontwikkeling niet goed verloopt op jonge leeftijd, of dat er problemen zijn in het mondgebied.

De therapie kan pas opgestart worden na consultatie bij de huisarts of kinderarts, omdat eerst nagegaan moet worden of er geen onderliggende medische problemen zijn die de moeilijkheden in het mondgebied veroorzaken.

Sluiten >>

Afwijkende mondgewoonten

Afwijkende mondgewoonten zijn gewoontehandelingen die negatief zijn voor het spreken, slikken en de gebitsstand. Meer dan 80% van de kinderen vertoont afwijkend mondgedrag, met name:

  • duim- of vingerzuigen
  • liplikken
  • nagelbijten
  • open mondgedrag
  • open mondademhaling
  • infantiel slikpatroon
  • interdentale spraak

Wanneer er sprake is van afwijkende mondgewoonten, wordt eerst het duim- of vingerzuigen, nagelbijten of liplikken afgeleerd. Daarna gaat de logopedist aan de slag met het herstellen van het evenwicht van de spieren in het mondgebied. Aan de hand van een werkschema worden de lip- en tongspieren getraind. Daarnaast wordt de correcte manier van slikken aangeleerd met eten en drinken in verschillende consistenties.

Naast de actieve behandeling kan ook in de eerste fase een Myobrace ingezet worden. Het doel hiervan is het afwijkend mondgedrag ook ’s nachts te elimineren. De Myobrace wordt gedurende 1 uur overdag en de hele nacht gedragen.

De logopedist houdt tijdens het traject contact met de tandarts of orthodontist. Tijdens of na de logopedische behandeling kan in overleg een vervolgtraject bepaald worden.

Sluiten >>

Taalontwikkelingsstoornissen

Een taalontwikkelingsstoornis komt voor wanneer een kind problemen heeft met het verwerven van de moedertaal.

Dit kan zich enerzijds uiten in een vertraagde taalontwikkeling, waarbij het taalniveau van het kind niet op leeftijd is. Mits de gepaste logopedische begeleiding, is het kind in staat om de taalachterstand in te halen.

Anderzijds kan het zich uiten in een afwijkende taalontwikkeling. Dit houdt in dat de taalontwikkeling anders verloopt dan bij leeftijdsgenoten. De taalproblemen kunnen zich manifesteren op vlak van taalbegrip en/of taalproductie.

We trekken aan de alarmbel wanneer volgende kenmerken voorkomen: moeite hebben met het begrijpen van opdrachten, een beperkte woordenschat gebruiken, erg korte zinnen maken, een belevenis of verhaal niet goed kunnen overbrengen,…